Programma 2

 

 

2.1 Bestaand beleid

 

5.3 80 jaar vrijheid
In 2025 vieren we 80 jaar vrijheid. Het is belangrijk om de generaties van na de Tweede Wereldoorlog bewust te maken van de waarde van vrijheid en hoe wij met elkaar samenleven in vrijheid. De Provincie heeft hiervoor een subsidieregeling. En daarnaast willen we regionaal het regioprogramma uitvoeren. Daarmee (co)financieren we lokale projecten en initiatieven.

  • Doelstelling van het provinciale programma 80 jaar Vrijheid is een impuls geven aan een actieve bewustwording van naoorlogse generaties in Gelderland van de onschatbare waarde van vrijheid en hoe wij met elkaar samenleven in vrijheid.
  • Het programma richt zich op een zo breed mogelijk publiek.

Dit doel wijkt financieel af van de begroting: dit is een incidentele exploitatie wijziging, alleen relevant in 2025. De kosten bedragen €30.000.

 

6.1 Arbeidsparticipatie inburgering                            
Wij ondersteunen inwoners met een inburgeringsverplichting effectief in het leren en begrijpen van de Nederlandse taal en cultuur. Op deze manier kunnen zij zo snel mogelijk deelnemen aan de maatschappij, met regulier werk als hoogste doelstelling. Het aantal statushouders groeit. We willen de huidige dienstverlening continueren. Daarnaast willen we met een cultuurverbinderde dienstverlening effectiever inzetten. Inburgeraars zullen zich sneller ontwikkelen, waardoor zij eerder in staat zijn tot deelnemen aan de maatschappij.           
Dit doel wijkt financieel af van de begroting. Dit is een structurele toename van €74.000. 


6.1 Sociaal medische indicatie (SMI)
Sociaal Medische Indicatie (SMI) is een vangnetregeling die gemeenten de mogelijkheid geeft om gezinnen tijdelijk financieel te ondersteunen in de kosten van de kinderopvang. Deze regeling is bedoeld voor gezinnen die door bepaalde medische of sociale omstandigheden tijdelijk niet in aanmerking komen voor de kinderopvangtoeslag. Gezinnen die geen recht hebben op kinderopvangtoeslag en vanwege een sociale of medische situatie in een lastige positie zitten, kunnen gebruik maken van reguliere kinderopvang door een tegemoetkoming aan te vragen bij de gemeente. Het uitvoeren van de regeling is een wettelijke taak. In 2023 is het beleid over hoe we hier uitvoering aan geven gewijzigd, bij het maken van de begroting was het effect nog niet zichtbaar. SMI is nu onderdeel van het gezinsplan waar Buurtzorg Jong met het gezin aan werkt. Een SMI is daarnaast laagdrempeliger gemaakt door geen ouderbijdrage meer te vragen. Het nieuwe beleid heeft geleid tot een hoger beroep op SMI in 2023 en daarmee hogere kosten.  
Dit doel wijkt financieel af van de begroting. We verwachten dat de verhoogde inzet zich doorzet in de komende jaren en leidt tot een hogere uitgave dan meerjarig begroot (van €50.000 naar €90.000): €40.000 structureel. 

 

6.82a Jeugdbescherming Landelijk tarief GI’s
De werkdruk bij instellingen voor jeugdbescherming en –reclassering is de laatste jaren structureel te hoog. Er is sprake van een hoog personeelsverloop en ziekteverzuim. Hierdoor ontstaan wachtlijsten en krijgen ouders en kinderen niet altijd de zorg en aandacht die ze nodig hebben. Het betreft de meest kwetsbare gezinnen en kinderen in onze samenleving waarbij de overheid ingrijpt omdat er grote zorgen zijn over de veiligheid en ontwikkeling van de kinderen. Er wordt gewerkt aan structurele oplossingen, zoals het Toekomstscenario kind- en gezinsbescherming en de implementatie van de Hervormingsagenda Jeugd (waaronder het uitwerken van landelijke tarieven voor gespecialiseerde jeugdhulp). Het is echter gezien de acute situatie en de verantwoordelijkheid die we hebben voor deze kwetsbare kinderen en gezinnen belangrijk om op korte termijn de werkdruk bij Gecertificeerde Instellingen (hierna: GI’s) te verlagen en de bekostiging met adequate tarieven op orde te krijgen. Om die reden zijn vooruitlopend op het toekomstscenario en de hervormingsagenda bestuurlijke afspraken gemaakt om landelijk tot reële tarieven voor de GI's te komen. 

  • Dit nieuwe tarief moet eraan bijdragen dat de GI’s hun werk rondom kwetsbare kinderen en gezinnen beter kunnen uitvoeren.

Dit doel wijkt financieel af van de begroting. Het landelijke tarief betekent dat wij meer gaan betalen voor de inzet van de GI's. Hiervoor is voorlopig structureel €160.000 nodig. Op termijn is het mogelijk dat door inzet op structurele oplossingen (Toekomstscenario kind- en gezinsbescherming en Hervormingsagenda) de kosten weer dalen. Dat is op dit moment echter nog niet te kwantificeren. 

 

6.3 Studietoeslag
We moeten voldoen aan de wettelijke verplichting.

  • Het begrote budget studietoeslag van €20.000 is niet toereikend om deze wettelijk taak uit te kunnen voeren. Het Rijk heeft de maandelijkse toeslag, voor inwoners die hiervoor in aanmerking komen, verhoogd. Dit betekent dat we het begrote bedrag moeten aapassen. In 2023 is er om en nabij €55.000 uitgegeven. De verwachting is dat dit een structurele stijging is.
  • Begroting aanpassen naar aangepaste wettelijke beleidswijziging studietoeslag.

Dit doel wijkt financieel af van de begroting: begroting aanpassen van €20.000 naar €55.000 in de periode 2025-2028.

 

6.72 Jeugdzorg
In de Jeugdwet is vastgelegd dat gemeenten een jeugdhulpplicht hebben. Als gemeente zijn we verantwoordelijk voor jeugdhulp en de uitvoering van kinderbeschermingsmaatregelen en jeugdreclassering. En waar nodig moeten wij een individuele voorziening in de vorm van gespecialiseerde zorg treffen.
Op basis van de jaarrekening 2023 en de prognose voor 2024 constateren we dat de huidige budgetten voor jeugdhulp niet toereikend zijn. Op het moment van schrijven zijn we nog volop aan het analyseren wat hiervan de oorzaak is. Hierbij spelen onder andere prijsontwikkeling (bijvoorbeeld door CAO-ontwikkelingen die het Rijk niet volledig compenseert) en volumeontwikkeling een rol. Op basis van deze analyse brengen we in beeld welke maatregelen mogelijk bij kunnen dragen aan het terugdringen van het tekort. 
Per hulpsoort zien we verschillende ontwikkelingen die met elkaar samenhangen en elkaar beïnvloeden. Ons doel is om jeugdigen zo thuis mogelijk op te laten groeien. Dat zou betekenen dat een groei van ‘jeugdhulp in de buurt’ niet erg is als de kosten voor de verblijfshulp zouden dalen. Dat is op dit moment nog niet het geval. Hieronder lichten wij de ontwikkeling per onderdeel toe.

Jeugdhulp in de buurt (lokale inkoop)
Ambulante jeugdhulp kopen wij lokaal in. Jaarlijks vragen de gecontracteerde aanbieders bij ons subsidie aan. De aanvragen voor deze subsidies zien we stijgen. Dit komt deels door prijsontwikkeling en deels door de inzet van meer ambulante hulp. Het inzetten van meer ambulante hulp om te voorkomen dat een jeugdige niet meer thuis kan wonen en in een verblijfsvoorziening terecht komt is onderdeel van ons beleid en een van de doelen in de programmabegroting. Op basis van de beschikbare gegevens kunnen wij echter nog niet vaststellen of de hogere inzet van ambulante hulp ook daadwerkelijk dat effect heeft. 

Gezins- en woonvormen (regionale inkoop)
In 2023 zijn de tarieven voor de regionale inkoop herijkt. De nieuwe tarieven zijn fors hoger dan het voorgaande jaar. Op basis van de herijking is in de 2e berap 2023 een bedrag toegevoegd aan de begroting. We zien echter dat we naast de inzet van regionaal ingekochte hulp ook regelmatig maatwerkcontracten moeten afsluiten vanwege wachtlijsten bij gecontracteerde aanbieders of wanneer er geen geschikte verblijfplaats beschikbaar is in het gecontracteerde aanbod. Daarnaast wordt er een kostprijsonderzoek voor de regionale inkoop opgestart. Dit kan ertoe leiden dat de tarieven weer zullen stijgen. Deze verwachting is een reëel risico aangezien er in de huidige situatie met verschillende grote aanbieders discussies zijn over de afrekening van 2023. 

Hoog Complex weinig voorkomend met verblijf ((boven)regionale inkoop)
De vormen van zorg binnen dit onderdeel zijn zeer specialistisch en weinig voorkomend. In 2024 kopen wij deze nog in Achterhoeks verband in en vanaf 2025 doen we dat samen met de zeven Gelderse jeugdzorgregio's. Onderdeel van deze bovenregionale inkoop is een nadrukkelijke transformatie-opdracht vanuit het Rijk waarbij het gaat om het verstevigen van kwaliteit om de inzet zo kort mogelijk te houden, kleinschaliger voorzieningen en daarmee het afbouwen van vastgoed. Dit heeft als gevolg dat de tarieven voor deze inzet stijgen, maar mogelijk gedempt worden door kortere inzet. Daarnaast is een risico bij dit onderdeel dat de inzet en de omvang grillig en moeilijk voorspelbaar zijn. In het afgelopen jaar hebben wij te maken gehad met meerdere zeer complexe casussen die een forse inzet vragen. 

Dit doel wijkt financieel af van de begroting. De eerste inschatting is dat er €1.500.000 extra nodig is om de kosten van de jeugdzorg in 2024 te kunnen dekken. Dit baseren we op de bestedingen in 2023, de prognose voor 2024 en een mogelijke demping door ingezette maatregelen. Hierbij merken we op dat er een reëel risico bestaat dat dit bedrag hoger uitvalt, zoals hierboven ook nader uitgewerkt per onderdeel. In de commissie van september wordt u nader bijgepraat over de (financiële) ontwikkelingen in de jeugdzorg.

 

6.3 Algemene bijstand - Uitstroom verder stimuleren    
We werken aan: participeren voor iedereen.

  • We besparen in 2025 €150.000 op de uitgaven BUIG, door tien inwoners in 2024 extra uit te laten stromen
  • De kanttekening hierbij is dat we niet altijd invloed hebben op de instroom. Ook verplaatsen we de focus meer op uitstroom en minder op de doelgroep op de onderste trede.

Dit doel wijkt financieel af van de begroting. We streven ernaar om €150.000 minder uit te geven op de BUIG. Let op, dit betekent dus dat het geraamde nadeel wordt verlaagd.